‘We hebben de afgelopen jaren te veel geld opgepot’
Willem Noordman nam als hoofd pensioenen van de FNV deel aan de onderhandelingen over de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Ger Jaarsma van de Pensioenfederatie ging met hem in gesprek. Deel 2 van een serie met gezichtsbepalende figuren in de sector. ‘Er zou eerder zijn geïndexeerd als de Wtp vijf jaar geleden was aangenomen.’
Jaarsma: ‘Klopt het dat jij de term casinopensioen hebt bedacht?’ Noordman, lachend: ‘Dat ging over de wet uit 2014, die zag er heel anders uit. De Wtp is op vele punten beter. We hebben de afgelopen jaren te veel geld opgepot, dat moet eindelijk eens worden uitgekeerd. En als de Wtp straks is aangenomen, dan kan dat ook. Dat houdt inderdaad het risico in dat de pensioenen dalen bij slechte beleggingsresultaten. Maar gelukkig is er straks een solidariteitsreserve die al te grote schommelingen voorkomt.’ Jaarsma: ‘Van een casinopensioen is dus geen sprake meer?’ ‘Nee. Per saldo gaan de uitkeringen sneller omhoog omdat er geen grote buffers meer hoeven te worden aangehouden. Bovendien wordt het voor jongeren zichtbaarder dat er ook pensioen voor hen is. Ik ben daar blij mee, want het huidige stelsel is minder gunstig voor iedereen, ondanks de weerstand van sommigen senioren tegen de Wtp. Het nieuwe stelsel geeft meer zicht op een behoorlijk inkomen als je ouder bent.’
'Pensioenen gaan niet over één jaar, die gaan over vele jaren. Daarom moet je nu niet wachten met invoering van de Wtp'
Willem Noordman
Jaarsma: ‘Zou er eerder zijn geïndexeerd als de Wtp vijf jaar geleden was aangenomen?’ Noordman. ‘Dat denk ik wel. Over het jaar 2022 zou ik trouwens minder optimistisch zijn geweest, met de inflatie, de oorlog in Oekraïne en noem maar op. Maar pensioenen gaan niet over één jaar, die gaan over vele jaren. Dat is meteen ook de reden waarom je nu niet moet wachten met invoering van de Wtp. Inflatie is bijvoorbeeld altijd een probleem, in welk stelsel dan ook. De economie is in essentie onzeker, het gaat erom dat je een stelsel inricht waarmee je goed kunt inspelen op onzekerheden. En dat kan met de Wtp.’ Jaarsma: ‘Als de Wtp een stap vooruit is, waarom roept-ie dan zoveel weerstand op?’ Noordman: ‘Dat komt voort uit onzekerheid. We hebben wat dat betreft in onze eigen organisatie ook nog wel het een en ander uit te leggen. Er gaan verhalen rond die niet kloppen, zeker niet voor de solidaire premieregeling waarvan wij een groot voorstander zijn. De Wtp is wel een ingewikkelde wet, dat moeten we niet willen ontkennen. Zeker ook met het onderscheid tussen solidaire en flexibele premieregeling. Maar gelukkig heb je als werknemer maar met één regeling te maken.’ Jaarsma: ‘Een ander punt: het nabestaandenpensioen. Onafhankelijk Kamerlid Pieter Omtzigt vraagt hier veel aandacht voor. Het kan bijvoorbeeld nogal wat uitmaken of je partner vlak voor of na de pensioendatum overlijdt. Hoe zie jij dat?’ Noordman: ‘Ook wat dat betreft wordt het beter met de nieuwe wet. Die zorgt er namelijk voor dat niemand meer onverwacht zonder verzekering voor het nabestaandenpensioen komt te zitten. Nu kan het bijvoorbeeld mislopen als je verongelukt tijdens een maand vakantie die je hebt opgenomen om daarna aan een nieuwe baan te beginnen. Je partner kan dan zonder nabestaandenpensioen komen te zitten als dat bij je vorige baan op risicobasis was verzekerd. Dat willen we voorkomen. Of je nu vlak voor of vlak na je pensioendatum overlijdt, er is straks voor je partner levenslang nabestaandenpensioen.’
'Klopt het dat jij de term casinopensioen hebt bedacht?'
Ger Jaarsma
Jaarsma: ‘Het vertrouwen lijkt er niet altijd te zijn dat de pensioenfondsen het beste willen voor hun deelnemers. Waar zou dat aan kunnen liggen?’ Noordman: ‘Dat is een interessante vraag, want de ervaring leert dat mensen een relatief laag vertrouwen hebben in het pensioenstelsel in het algemeen en een relatief hoog vertrouwen in hun eigen fonds. Daarbij speelt nog iets anders: het is een misvatting om te denken dat de fondsen altijd het beste willen voor hun individuele deelnemers. Ze willen het beste voor het collectief. En dat kan voor afzonderlijke deelnemers in zeldzame gevallen wel eens tegenvallen. Het is dan ook van belang om de echt schrijnende gevallen goed te onderzoeken en daar een oplossing voor te vinden. Maar een systeem dat voor alle deelnemers perfect is, dat bestaat niet. Dat geldt dus ook voor de stelselwijziging. Het is niet te voorkomen dat enkelen erop achteruit kunnen gaan. Wat voor ons telt, is dat het stelsel als geheel toekomstbestendig wordt. En zoals ik al zei: aan de echt schrijnende gevallen moet je iets doen. Daar is ook ruimte voor bij de invulling van de wet.’ Jaarsma: ‘Pleit dit alles niet voor een eenheidsregeling, een pensioen dat voor iedereen gelijk is?’ Noordman: ‘Dream on…’ Jaarsma: ‘Het zou het voor ons wel makkelijker maken om uit te leggen aan onze deelnemers.’ Noordman: ‘Pensioen is een arbeidsvoorwaarde, net zoals salaris en vakantie. De lonen en de vrije dagen verschillen per bedrijf en per sector, en de pensioenen dus ook. Je zou misschien willen dat het anders was, maar het is nu eenmaal een fact of life. Je moet het pensioen bovendien bekijken in het totale pakket. Daarom gaan we bij cao-onderhandelingen soms akkoord met een pensioenregeling die niet helemaal optimaal is omdat we elders wel resultaat behalen. ’
'Het is een misvatting om te denken dat pensioenfondsen altijd het beste willen voor de individuele deelnemer; ze willen het beste voor het collectief.'
Willem Noordman
Jaarsma: ‘In de Tweede Kamer pleiten partijen als PvdA en GroenLinks voor een betere regeling voor zzp’ers en werknemers die geen pensioen opbouwen. Dat is inderdaad niet goed geregeld. Pleit dat niet voor verplichtstelling?’ Noordman: ‘Dat kan, maar je moet dan wel oppassen. Verplichtstelling kan betekenen dat de eisen aan werkgevers omlaag worden geschroefd. Het kan bijvoorbeeld leiden tot een werkgeversbijdrage van bijvoorbeeld ten minste 15 procent. Als je pech hebt zeggen werkgevers die nu meer betalen dan: laten wij onze bijdrage maar naar beneden bijstellen. Dat wil je natuurlijk ook niet. Het is dus een kwestie van zorgvuldig bekijken, zoals eigenlijk alles wat te maken heeft met arbeidsvoorwaarden en pensioen.’ Jaarsma: ‘M’n laatste vraag: hoe ziet het pensioenstelsel er volgens jou over vijf jaar uit?’ Noordman: ‘We zijn dan allemaal overgestapt naar het nieuwe stelsel, en dat is betrekkelijk probleemloos verlopen. En de mensen zullen zich afvragen: waarom hebben we dit niet eerder gedaan?’ Jaarsma: ‘En dan nu m’n allerlaatste vraag: je gaat binnenkort zelf met pensioen. Hoe ga je dat invullen? ‘Bij de FNV ga ik met pensioen, maar ik blijf zeker nog actief. Wat en waar is nog niet ingevuld, maar het zou met solidaire pensioenen te maken kunnen hebben.’